Voorbeeldzoeker x
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS

Woordenboeken

  • INT (500 AD - heden)
  • Etymologiebank
  • Woordenlijst.org

Corpora en lexica

  • Corpus Hedendaags Nederlands Clarin login
  • GrETEL (CGN, Lassy)
  • SoNar Clarin login
  • Delpher
  • Celex Clarin login

Overige bronnen

  • Taalportaal
  • DBNL
  • Taaladvies.net
  • Wikipedia
  • Google
12.5.2.2.8 Het achtervoegsel -s
Het achtervoegsel -s kan worden gecombineerd met substantieven (1a), waaronder persoonsnamen (1b). Daarnaast treedt het ook op in combinatie met twee woorden (adpositie + substantief) in samenstellende afleidingen, zoals in de woorden (1c):
1ahels, winters, werelds, zomers
bLuthers, Clausiaans, Gezelliaans, Reviaans
cbinnendijks, ondergronds, naschools, vooroorlogs
De betekenisbijdrage van het suffix kan omschreven worden als ‘betrekking hebbend op, de eigenschappen hebbend van’.
Verder kan -s, eveneens met de betekenis '(als) van -', toegevoegd worden aan persoonsnamen die aanhangers van een bepaalde overtuiging of belijders van een bepaald geloof aanduiden. Voorbeelden van dit niet-productieve type zijn:
2joods, protestants, anglicaans, mohammedaans, presbyteriaans
De afleidingen van persoonsnamen met -s als Gezelliaans zijn naar betekenis bijzonder. De betekenis van Gezelliaans is bijvoorbeeld niet ‘de eigenschappen hebbend van een Gezelliaan’, maar ‘de eigenschappen hebbend van Gezelle’. Er is dus sprake van een asymmetrie tussen de vorm en de betekenis van zulke woorden. Deze asymmetrie doet zich ook voor bij geografische adjectieven als Amerikaans met de betekenis 'betrekking hebbend op Amerika'.
Door middel van het achtervoegsel -s worden adjectieven afgeleid van de namen van dagen, zoals maandags, en ook van de substantieven maart, winter en zomer, zoals in maartse buien en zomers weer.
Bij de afleidingen van de namen van de windstreken noorden, oosten, westen en zuiden treedt een vormverandering op in het basiswoord: noords, oosters, westers, zuiders. Deze vier adjectieven worden vooral in staatkundige en culturele zin gebruikt (het westerse bondgenootschap, oosterse talen, enz.) in tegenstelling tot hun pendanten op -elijk (westelijk, oostelijk enz.), die in meer letterlijke zin worden gebruikt (bijv. een westelijke wind, het oostelijke halfrond). Het adjectief zuiders wordt alleen in Belgisch-Nederlands gebruikt.
De hier genoemde adjectieven zijn (met uitzondering van winters en zomers) alleen attributief te gebruiken, bijv.:
3het zaterdags bijvoegsel (van een krant), m'n zondagse pak, maartse buien, aprilse grillen, de noordse landen (= Scandinavië), een zuiders type
Naast bijv. de winterse kou en een zomerse temperatuur is ook predicatief gebruik mogelijk bij winters en zomers, bijv.:
4Het weer is vandaag gewoon zomers!
Het achtervoegsel -s komt ook voor in de volgende van substantieven afgeleide adjectieven met de betekenis 'met de eigenschap van' :
5aards, binnenlands, boers, buitenlands, doods, duivels, heidens, hels, hemels, honds, ketters, kinds, rebels, schools, slaafs, volks, werelds
Verder wordt -s gebruikt voor samenstellende afleidingen als goedgeefs, goedlachs , grootsteeds, ondergronds en buitenschools.
Er zijn een paar adjectieven op -s die niet zijn afgeleid van een substantief, woorden als broeds, groots, loops, steels en waaks.
Verder lezen
Literatuur
    Interessante links
    ANS
    Taalportaal
    Taaladvies
    Versiegeschiedenis
    versie redacteur(en) datum opmerkingen
    3.0 Geert Booij juni 2022
    2.1 januari 2019 Automatische conversie van ANS 2.0
    2.0 W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn 1997 hoofdstuk 12,../../data/archief/ans2/e-ans/12/body.html;
    Interessante links